Vlaams Minister van Mobiliteit Peeters komt met aanpak uitrol laadpaalinfrastructuur

elektrisch_rijden.jpg

Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open Vld) trekt 30 miljoen euro uit voor 30.000 extra laadequivalenten (CPE) voor publieke laadinfrastructuur tegen 2025. In het kader van deze doelstelling keurde de Vlaamse regering de conceptnota voor de uitrol van laadinfrastructuur in de periode 2021-2025 goed.
“De omschakeling naar zero-emissievoertuigen is een absoluut streefdoel als we de klimaatdoelstellingen willen halen. De transitie naar volledig elektrische personenvoertuigen zal de komende jaren een feit worden. Dit vraagt een globale, ondersteunende beleidsaanpak met een breed spectrum aan maatregelen, waar de versnelde uitbouw van (snelle) laadinfrastructuur het speerpunt zal zijn”, aldus Peeters

Nu ons wagenpark aan de vooravond staat van een transitie van brandstofaangedreven naar volledig elektrisch rijden, dient er versneld werk gemaakt te worden van een ambitieuze uitrol van laadinfrastructuur in Vlaanderen. Een versnelde uitbouw van zowel publieke, semi-publieke als private laadpunten is noodzakelijk om de omschakeling naar zero-emissievoertuigen verder mogelijk te maken. Ook het aantal laadpunten per locatie zal in de toekomst opgetrokken worden. Om het comfort en de gemoedsrust van de EV-rijders over langere afstand te garanderen, komt er langs de grote verkeersassen in Vlaanderen om de 25 km snellaadinfrastructuur en op strategische locaties bij of in steden. De uitrol van publieke laadinfrastructuur wordt zo goed mogelijk afgestemd op het actuele aantal elektrische voertuigen, met een combinatie van normale en (ultra)snelladers. In september van dit jaar waren maar liefst 17 procent van alle verkochte nieuwe wagens op de Belgische markt elektrisch of hybride. Bij de uitrol van publieke laadinfrastructuur worden bestaande systemen zoals ‘paal volgt wagen’ uitgebreid naar ‘paal volgt paal’, waarbij er op plaatsen waar veel opgeladen wordt extra laadinfrastructuur bijkomt. Voorts zal de uitbreiding van de basisinfrastructuur projectmatig worden aangepakt, onder meer voor taxi’s en deelsystemen, Hoppinpunten en zogenaamde laadeilanden in dichtbevolkte gebieden. Deze extra publieke laadinfrastructuur neemt niet weg dat de focus blijft op thuisladen en laden op het werk, waar en voor wie dit mogelijk is. 

Publieke laadpunten zijn tevens noodzakelijk om het laden dicht bij huis toe te laten voor iedereen die geen eigen parkeer- en of laadvoorzieningen heeft. Daarnaast zijn deze laadpunten ook noodzakelijk als basisinfrastructuur om elektrisch rijden zichtbaar te maken aan het grote publiek en tussentijds laden mogelijk te maken. Op dit moment zijn er 3.920 publieke laadpunten (≤23 kW) en 96 publieke snellaadpunten (> 23 kW) in Vlaanderen aanwezig. Minister Lydia Peeters streeft ernaar om 30.000 extra CPE (publiek en semi-publiek) uit te rollen tegen 2025. De procedure om een publieke laadpaal te plaatsen neemt veel tijd in beslag en moet korter. Minister Peeters wil ten eerste tijd winnen door vooraf de locaties in kaart te brengen waar een vlotte uitrol de komende jaren prioritair kan plaatsvinden. Een tweede verbeterpunt is de betrokkenheid van de laadpaaloperatoren waarbij deze sneller in het plaatsingsproces betrokken kunnen worden, om discussies over locaties in een latere fase te vermijden. Tot slot kan er tijdswinst geboekt worden door verder werk te maken van een eenvormige aanpak op het beslissingsniveau.
“We hebben gekozen om de doelstelling van het aantal publieke laadpunten op een uniforme manier uit te drukken in Charge Point “Equivalent (CPE) omdat de ene laadpaal niet meer dezelfde is, als de andere laadpaal. De huidige laadpalen verschillen namelijk enorm in laadvermogen, en dit zal in de toekomst nog verder toenemen. Een laadpaal met een beperkt vermogen (3-7 kW) komt overeen met 1CPE, bij een laadpaal met een hoger vermogen (11-22 kW) zijn dat 2CPE. Hoe hoger het vermogen, hoe hoger het CPE-cijfer. Laadpunten die slechts 10 uur per dag toegankelijk zijn voor iedereen tellen voor de helft mee in dit CPE. Daarmee hanteren we dezelfde telling als Europa reeds doet.”, aldus Lydia Peeters.

Auteur: Service Station